Tineke
Link naar de website van haar praktijk
Op de foto: Tineke
Klik op de foto voor grotere weergave.
Woonplaats: Zijtaart
Geboren: in 1958
Vader: Piet, zoon van Theodorus Antonius van Asseldonk
Moeder: Gerarda Maria, dochter van Johannes van Erp
Overleden:
Gegevens:
1.
Tineke werd op 3 augustus 1958 in Zijtaart geboren als dochter van Piet van Asseldonk en Gerarda Maria van Erp.
(Bron: zus van mij -mva)
2.
Tineke ging naar de huishoudschool. Later deed ze de avond-MAVO en MBO - inrichtingswerk. Ze werkte met kinderen met een ontwikkelingsachterstand in Veghel, hierna bij de stichting Divers, Welzijn in opvoedingsondersteuning in
's-Hertogenbosch.
(Bron: zus van mij -mva)
3.
Op 9 januari 1981 trouwde ze in Zijtaart met Jan Habraken. Jan was op 24 december 1954 in Lieshout geboren als zoon van Cornelis Habraken en Anna van Gogh, en woonde in Zijtaart. Na hun huwelijk gingen ze wonen: Keslaerstraat 49, Zijtaart. Jan was aanvankelijk electricien van beroep en schoolde zich om tot verpleger.
(Bron: zus en zwager van mij -mva)
4.
Uit hun huwelijk werden geboren:
- Thijs, op 4 juli 1981
- Myke, op 3 september 1984
- Wouter, op 13 januari 1987
- Maartje, op 27 september 1992
(Bron: kinderen van zus van mij -mva)
5.
Brabants Dagblad, 3 december 2002
Tineke van Asseldonk uit Zijtaart start praktijk in rouwbegeleiding
'Verdriet wegnemen; dat kan ik niet', door: Jeroen Vissers
Hoe belangrijk het is om als kind het verlies van een dierbare te verwerken weet Tineke van Asseldonk uit eigen ervaring. Ze is haar eigen praktijk gestart om kinderen en jongeren daarin te begeleiden. Tineke van Asseldonk was tien jaar oud toen haar moeder overleed. Ze was er kapot van, maar kreeg niet de kans het verlies te verwerken. Thuis werd niet meer over moeder gepraat. Dat zou te pijnlijk zijn geweest voor vader. Ook met vriendinnen sprak ze niet over haar verdriet. Bang om als opgroeiende tiener buiten de boot te vallen. Op haar dertigste raakte ze in een flinke dip en zocht ze proffesionele hulp om het verlies van haar moeder alsnog een plekje te geven. En haar verdriet twintig jaar alsnog een plekje te geven. En haar verdriet twintig jaar later alsnog te verwerken. "Als je als kind niet met het verlies van een dierbaar persoon weet om te gaan, is de kans groter dat je daar op latere leeftijd hinder van ondervindt", weet ze inmiddels uit eigene rvaring. Van Asseldonk is 44 jaar, moeder van vier kinderen, studeerde HBO pedagogiek en is parttime werkzaam bij de stichting Divers in Den Bosch. Daar ondersteunt ze ouders in achterstandswijken bij het opvoeden van hun kinderen. Gefascineerd geraakt dor het vak van proffesionele rouwbegeleiding, volgde ze cursussen daarn. Sinds kort heeft ze naast haar werk een eigen praktijk aan huis, waar ze kinderen en jongeren begeleidt in de verwerking van hun verdriet.
Tastbaar
"Verdriet wegnemen kan ik niet. Dat is ook niet de opzet. Ik probeer verdriet slechts tastbaar te maken, er met kinderen en jongeren over te praten en praktische werkvormen met hen te doen. Zodat ze hun leven waarin de overledene voor altijd een eigen plekje heeft gekregen. Na een kennismakingsgesprek volgen een aantal bijeenkomsten van anderhalf uur in het tuinhuis van Van Asseldonk. "Allereerst moeten kinderen zich daadwerkelijk realiseren wat er gebeurd is en wat de impact daarvan is. Vervolgens is het belangrijk dat kinderen hun gevoelens herkennen en er mee leren omgaan." Van Asseldonk laat kinderen vertellen over hun herinneringen aan de overledene. "Over de goede, maar ook over de minder goede herinneringen. In de laatste bijeenkomst werken we aan de toekomst. Nieuwe relaties aangaan betekent dat je opnieuw iemand kunt verliezen. Dat schrikt veel kinderen af.Ze willen niet nog eens meemaken wat ze nu meemaken."
Behoefte
Van Asseldonk denkt zeker dat er behoefte is aan rouwbegeleiding van kinderen en jongeren. "In de toekomst wil ik leerkrachten op scholen benaderen. Normen en waarden, pesten, daar wordt vrijuit over gepraat in de klas. Maar op de dood als gespreksonderwerp rust nog een taboe. Terwijl bijna alle kinderen wel iets naars hebben meegemaakt, al is het maar het overlijden van hun konijn. Volwassenen ontwijken het onderwerp bewust, omdat we de kinderen willen 'beschermen'. We gaan hun vragen uit de weg, met als gevolg dat kinderen zelf gaan fantaseren. En juist dat moeten we zien te voorkomen. De ervaring leert dat als je open en eerlijk bent over de dood je zult merken dat kinderen daar niet moeilijk over doen." |